: Er drijft een lijk door de grachten van Venetie, Er drijft een lijk en het ziet er niet best uit. Het water kabbelt en de bruggen staan te dromen
: Ik zit me te vervelen, Wil je met me spelen? Of heb je soms geen zin? Dag spin! Ik zit me te vervelen, Wil je met me spelen? Of heb je soms geen
: Een oude dromedaris was de dierentuin spuugzat, Hij wou na al die jaren eens gaan kijken in de stad. Hij sprong over het hek en liep gewoon de ingang
: Ik heb een step, mijn step is blauw. Hij kan wel 100, hoe hard kan die van jou? Ik heb een step, mijn step is blauw. Hij kan wel 100, hoe hard kan
: M'n naam is Koos en ik ben werkeloos, De mensen zeggen: ga toch werken Koos! Nou ik wil er best wel tegenaan, Maar dan wel een leuke baan! Want
: Vuur is koud en kledder nat, De zee is lekker droog. De ballon die stijgt omlaag En de baksteen valt omhoog. De lucht is lekker groen En het
: Je denkt als kind heel vaak: wat kan me nou gebeuren, Met een grote broer en sloten op de deuren? Nou vergeet het maar, er dreigt een groot gevaar
: Mijn vader zegt dat ie geen moeder heeft Hij is gevonden op de maan. Twee astronauten zagen hem Daar op zijn handen staan. Hij is mee teruggevlogen
: Kinderen die mogen spelen, in luchtkastelen, Die bestaan en nooit zullen vergaan Woh, woh, woh, woh! Vroeg of laat gaat zand vervelen, Moet je
: Oost-Berlijn, unter den Linden: Er wandelen mensen langs vlaggen en vaandels. Waar Lenin en Marx nog steeds op een voetstuk staan. En iedereen
: Ik zou best nog wel een keertje net als vroeger in Moerwijk willen wonen. Na het eten een patijtje voetbal in de tuin, de ouders langs de lijn. In
: Jo, Jo, Johoho! (2x) Heb ie verkering, een pracht van een meid, Op een dag wordt ze lesbisch en dan ben je d'r kwijt. Je eet vegetarisch principieel
: Soldaat op de foto, wat kijk je verbaasd, He dat had je niet verwacht, maar het is toch al te waar. Soldaat op de foto, dat bloed op je schouder,
: Kom je bed nou uit! En vouw je pyjama op! Nee, kaas op je beschuit! Er zit een oortje aan je kop! Zeg zou jij nou niet eens gaan! En kijk nou
: Daar loopt ie alleen, alleen en in z'n eentje, Z'n lichaam nog kleiner dan z'n tas. Daar loopt ie alleen, te dromen in z'n eentje, Z'n wereld nog
: Ans is een meisje van zeventien jaar Mooie ogen, mooi blond haar Elke morgen voor dag en dauw Start ze haar brommer een Vespa ciao Ans moet werken